Mijn hardlooprondje door de polder voert langs Lena's Zuivelhoeve.
Afgelopen zaterdag zette ik, na het hardlopen, nogmaals koers naar de boerderij, ditmaal op een fiets met grote lege zijtassen. De boerin had een klein maar fijn assortiment, met onder meer boerenyoghurt in een glazen statiegeldfles en oude brokkelkaas. Op de terugweg viel mijn oog op een handgeschreven bordje bij een andere boerderij, dat me tijdens het joggen nog niet was opgevallen: hier waren pruimen te koop voor 2 euro de kilo. Maar ook tomaten,
rabarber, courgettes én appels, zag ik toen ik mijn fiets in het grind tegen het hek had kilo's aangaf en vervolgens geld in een sigarenblikje doen. Ik nam pruimen mee en 'valappels' , appels die zijn opgeraapt in de boomgaard. Hier en daar vertoonden ze beurse plekken en gaatjes, gemaakt door hongerige vogels en wormen. De prijs was ernaar: 20 cent per kilo. Denkend aan een dichtregel van Annie M.G. Schmidt ('Alla, een wurm. Ik eet er maar omheen') vulde ik een plastic tas uit een zak vol tasjes van allerlei winkelketens die de boerin bij elkaar had gespaard. Een en al recycling hier. Thuis namen we de proef op de som. De pruimen waren zoet en sappig, de
appels daarentegen hard en zuur. Zelfs niet geschikt voor appeltaart, weet ik uit ervaring. Niet getreurd, want ik had nog een troef in handen: appelmoes. Als je zoetzure appels gebruikt, zoals goudrenetten, hoef je nauwelijks suiker toe te voegen, maar in dit geval doen een paar eetlepels suiker wonderen. Appelmoes maken mag nauwelijks koken heten, zo simpel is het namelijk, maar voor degenen die het nooit doen, hier toch het recept. Echt eens proberen: zelfgemaakte appelmoes is echt tien keer zo lekker als appelmoes uit een pot. En niet alleen bij gebakken aardappeltjes, maar ook als toetje, met boerenyoghurt bijvoorbeeld.
1 kilo appels, geschild en in partjes gesneden
water
citroensap
kaneelstokje
suiker
.
Zet de appels op een laag vuurtje, voeg ongeveer een kopje water toe, een beetje citroensap en een kaneelstokje. Laat pruttelen tot de stukjes zacht worden, roer af en toe door. Als het te dik wordt en al te wild gaat bubbelen en sputteren, moet je nog een beetje water toevoegen. Roer net zo lang door tot de moes de gewenste substantie heeft, gewoon met een houten lepel. Als je het nog iets fijner wilt hebben, roer je nog even met een vork. Heb je kinderen die 'geen stukjes' willen, zet dan even de staafmixer erin.
Stap 2
Voeg eetlepel voor eetlepel suiker toe, tot je het zoet genoeg vindt.