Een paar jaar geleden legden J. en ik in onze vakantie al wandelend de West Highland Way in Schotland af. Dereis was onderverdeeld in een aantal etappes en elke dag verbleven we in een ander guesthouse.
Bij het allereerste pension waar we aanbelden, kwam niemand opdagen en duwden we zelf de deur, die op een kier stond, maar open. Binnen vonden we wel een briefje met onze namen en ons kamernummer, met de sleutel erbij.
De volgende ochtend vonden we op eigen kracht de ontbijtzaal, waar opnieuw zelfredzaamheid van ons werd verwacht. Voor de koffie en thee stond er een automaat en al het eetbare was in plastic of karton verpakt: cereal, broodjes, plakjes kaas en ham, jam en yoghurt. Na het eten
legden we de sleutel maar op de balie neer: wederom was er geen uitbater te bekennen. Daarna trokken we onze plastic poncho’s aan en stapten we de motregen in voor onze eerste wandeltocht.
Hoe anders was de ontvangst die avond in ons tweede onderkomen, in the middle of nowhere, aan de rand van het gehucht Drymen. We werden allerhartelijkst begroet door de eigenaresse van B&B Knopogue. Zevertelde dat haar hoofdberoep setdresser was: ze richtte decors voor films en series in voor een producent in Londen. Maar haar grote passie was haar pension, hier in de Schotse Hooglanden. Hier had ze haar allergrootste decoratie-uitdaging ooit gevonden, met als resultaat een woonboerderij die zó kon figureren in de Scottish countrylife-special van een glossy. Er was een enorme keuken, met planken vol koperen pannen. Uit de hal met hertengewei en een
open haard kwam je via een trap met koperen traproeden bij de stijlvol ingerichte kamers, vol antieke meubelen, off-white beddengoed en manden met tijdschriften.
De eigenaresse vroeg ons of wij het niet erg vonden datwij haar eigen slaapkamer zouden krijgen, omdat ze helemaal volgeboekt was. Die was nog ééns zo groot als de andere kamers, had een houten spijlenbed en een badkamer met een vrijstaand bad met mooie ouderwetse kranen. Daarin zou het goed uitrusten zijn, na het uittrekken van de wandelschoenen. Maar eerst werden we op het terras genood, met uitzicht op deboomgaard en de moestuin. Onze gastvrouw serveerde thee met hartige muffins.‘They can be a bit spicy’, waarschuwde ze ons, voordat ze weer naar binnen verdween om verder te gaan met tafellakens strijken. Ook de muffins waren weer een plaatje, uiteraard. En ze waren nog lekker ook.
225 gram bloem
16 gram bakpoeder
halve theelepel gemalen komijnzaad
125 gram geraspte belegen kaas
1 rode ui
1 rode peper
1 ei
50 gram boter
225 gram melk
peper en zout
Verwarm de oven voor op 200 gr. Verwijder de zaadlijst uit de peper. Hak de ui en peper fijn.
Stap 2
Neem een kom en doe hier de bloem, komijn en bakpoeder in. Voeg hierbij de kaas, chilipeper en de ui. Maak in het midden een kuiltje.
Stap 3
Smelt de boter, voeg hierna de melk en het ei toe. Klop goed door elkaar en schenk dit mengsel in het kuiltje. Voeg wat peper en zout toe. Roer vervolgens alles door elkaar (bijvoorbeeld met een mixer met deeghaken) tot een (licht klonterig) beslag.
Stap 4
Doe het beslag in de muffinvormpjes. Bak de kaas muffins in 20 minuten goudbruin en gaar. Laat afkoelen of serveer warm of lauw.